Ze bouwden een ongelooflijk warm huis met niets anders dan gewoon brandhout! 🔥✨ De techniek is verrassend eenvoudig maar geniaal – elk detail is gemaakt voor maximale warmte en duurzaamheid 🪵🏡 Je zult niet geloven hoe dit huis is geworden – neem een kijkje in dit artikel! ⬇️
De benodigde hoeveelheid klei moet ongeveer 20% van het volume van het brandhout zijn. Klei is het hoofdbestanddeel van de mortel die de houtblokken bindt tot stevige muren voor een brandhouthuis. Om de klei warmer te maken en te voorkomen dat hij barst, moet hij worden gemengd met fijngehakt stro. Het stro moet worden toegevoegd in een volume van 10-15% van het volume van de klei en grondig worden gemengd.
De fundering voor een brandhouthuis is vrij eenvoudig. Een eenvoudige strokenfundering is voldoende, met lagen steen die worden gestort en afgedicht met vloeibare mortel om alle gaten effectief op te vullen. De fundering hoeft maar ongeveer 1 meter diep te zijn, omdat houten muren lichter zijn dan bakstenen en beter bestand zijn tegen bewegingen van de grond. Een diepte van 40-50 centimeter is ideaal, omdat dit voldoende isolatie biedt om het huis warm te houden, zelfs tijdens vrieskoude winters.
Het bouwen van houten muren is een eenvoudige techniek, maar vereist nauwkeurigheid en aandacht voor detail. De boomstammen moeten zorgvuldig op de mortel worden geplaatst met zo dun mogelijke voegen. Er is ook een klein trucje om de muren warmer te maken. De truc is om de klei-zoutmortel in twee parallelle rijen aan te brengen in plaats van in een ononderbroken laag.
Deze methode creëert een luchtzak in de kleilaag die voorkomt dat de naden bevriezen en koudebruggen vormen.
Bij het bouwen van hoeken is het belangrijk om een methode te gebruiken die lijkt op metselen, waarbij de rijen houtblokken elkaar overlappen om de hele constructie sterker te maken.
Ik bouw een huis van 9×9 meter met anderhalve verdieping met behulp van 40 cm lange boomstammen en klei. De muren zijn gelegd als bakstenen, waarbij elke rij de hoeken overlapt. Om de 50-70 cm heb ik een laag planken van een centimeter dik toegevoegd, wat ook hielp om de structuur waterpas te krijgen.
Ik kan per keer maar drie rijen brandhout leggen, omdat de klei tijd nodig heeft om te drogen. Als ik er meer leg, duwt het gewicht van de bovenste rijen de onderste houtblokken naar buiten.
Een detail dat ik in geen enkele handleiding vond, was de noodzaak om de muren vast te zetten met schoren of bekistingen, vergelijkbaar met wat in de TISE-technologie wordt gebruikt. Ik heb schilden van drie planken gebruikt, die zowel binnen als buiten over de hele lengte van de muur zijn geplaatst. Deze schilden zijn verplaatsbaar. Aan de onderkant worden ze met schroeven aan de afgewerkte muur bevestigd en aan de bovenkant wordt een afstandhouder van 41 cm gebruikt om de dikte van de muur te behouden en ervoor te zorgen dat de houtblokken niet te ver uitsteken. De schilden helpen ook om de muren recht te houden.
Voor ramen en deuren heb ik dozen gemaakt met planken van 200×100 mm, passend bij de breedte van de muur. Deze dozen worden rechtstreeks in het metselwerk geplaatst. Omdat de muur 9 meter lang is, heb ik in het midden van het huis een vijfde muur toegevoegd, gebouwd met hout van 150×150 mm. De uiteinden van dit hout zijn direct in de hoofdmuren ingebed.
De balken voor de tweede verdieping worden aan de ene kant ondersteund door het frame van de vijfde muur en aan de andere kant door de buitenmuren. Ik plaatste een plank over de hele lengte van de muur onder de balken om ervoor te zorgen dat ze waterpas blijven.
Ik heb het werk aan de tweede verdieping voorlopig moeten stopzetten omdat de vorst is begonnen en het water ’s ochtends bevriest, waardoor het onmogelijk is om muren te plaatsen in deze omstandigheden.